Bac Orchids
Orrchideeën
Bij Bac Orchids komen innovatie en traditie samen in de teelt van Cymbidium. In dit interview vertelt Dico Bac, mede-eigenaar van Bac Orchids, hoe hun familiebedrijf één van de grootste uitdagingen in de orchideeënproductie aanpakt: de opogona-mot.
Na jarenlang te hebben gestreefd naar een volledig biologische teelt — dus zonder chemische bestrijdingsmiddelen — kreeg de kwekerij te maken met grote verliezen, waarbij tot wel 25% van het gewas werd aangetast door plagen. Tegenwoordig, met behulp van PATS-C, is die schade drastisch verminderd en hebben ze veel meer controle, terwijl ze trouw blijven aan hun duurzame aanpak.
Video: Interview met Dico Bac
Door middel van realtime monitoring en gedetailleerde inzichten kan Bac Orchids nu plagen beter voorspellen, biologische bestrijding met bijvoorbeeld nematoden optimaliseren, en stap voor stap dichterbij hun doel komen: een volledig duurzame en weerbare orchideeënteelt.
Dico Bac
mede-eigenaar
Dag én nacht beschermd: LG Flowers pakt Turkse mot preventief aan
LG Flowers
Met 12 hectare, verdeeld over vier kassen en een productie van maar liefst 95 miljoen gerbera’s per jaar, behoort LG Flowers tot de grootste gerberakwekers van Nederland. Naast de flinke groei in de afgelopen jaren komen er ook steeds weer nieuwe uitdagingen bij in de teelt. Zo verandert het speelveld rondom de gewasbescherming rap. De impact van plagen zoals de Turkse mot en Duponchelia mot is erg groot in de gerberateelt. Niet alleen op het gewas, maar ook op het biologisch evenwicht wat LG Flowers nastreeft. “We zetten alles op alles om plagen voor te blijven,” vertelt Martin de Bruijn, Hoofd Teelt bij LG Flowers. “Zodra er motten binnenkomen, kan dat een domino-effect hebben. Ze ondermijnen de biologie, waardoor het hele systeem uit balans raakt. Dan ben je maanden verder.”

LG Flowers werkt sinds 2021 met de PATS-C. Vier jaar later is het hele bedrijf voorzien van PATS-C monitoring. Een belangrijk deel van de kassen is bovendien - waar dat technisch mogelijk is - preventief afgegaasd. “Het monitoren van de interne populatie blijft essentieel,” zegt Martin. “PATS-C geeft ons 24/7 inzicht, en vooral: rust. We weten waar we aan toe zijn.” Ook voor Wouter Mooij, adviseur gewasbescherming, is die continue datastroom behulpzaam: “Telers hebben vaak een vast moment waarop een bespuiting uitgevoerd kan worden. Het komt meerdere malen per jaar voor dat er in drie dagen tijd een scherpe wijziging is van de
Foto 1: Martin de Bruijn, Hoofd Teelt bij LG Flowers, bij een van de PATS-C camera’s: “Met PATS-C blijven we motten- en rupsen plagen altijd een stap voor.”
mottenactiviteit. Zie je in het midden van de week een toename en is er in het weekend de mogelijkheid tot een bespuiting? Dan schaal je de strategie op voor je in het vraatstadium van de rupsen terechtkomt.”
Martin vervolgd: “PATS-C detecteert de Turkse mot al in een heel vroeg stadium, vaak nog vóórdat er zichtbare schade optreedt. Het verleden heeft uitgewezen dat zo’n piek in motactiviteit snel gevolgd wordt door schade in het gewas. Door dit patroon te herkennen, kunnen we biologisch heel gericht anticiperen op de eerste rupsen, en daarmee verdere plaagontwikkeling voorkomen.”
Ook het vastleggen van acties wordt steeds belangrijker. Interventies worden direct bijgehouden in PATS-Kalendar, waarmee teeltexperts en adviseurs kunnen terugzien wat wanneer is gedaan. De volgende stap is het voorspellen van risico’s en het automatisch adviseren van het juiste interventiemoment.

Foto 2: De PATS-C camera houdt dag en nacht de mottenactiviteit scherp in de gaten.
“We zetten vol in op digitalisering, preventie en biologische bestrijding,” vertelt Martin. “Het gaat erom dat we al bij de eerste druk kunnen ingrijpen, zodat we het evenwicht in de kas behouden. Denk aan bankerplanten om natuurlijke vijanden op peil te houden, en aan technologie die ons helpt om scherp te blijven. Door dat te combineren, creëren we een systeem dat niet achteraf reageert, maar juist voorkomt dat het uit de hand loopt. Tegelijk blijven we zoeken naar manieren om ons teeltsysteem nóg slimmer te maken, met nieuwe technologieën die ons in staat stellen om steeds sneller en gerichter te handelen. Zo leggen we de lat telkens weer een stukje hoger.”
Oudijk Gerbera zet vol in op preventieve maatregelen tegen Turkse mot
Gerbera
Het bedrijf maakt al sinds de eerste versie in 2020 gebruik van de PATS-C oplossing. Sinds 2024 zijn beide kassen op het 7 hectare grote bedrijf volledig afgegaasd, wat de invlieg van nieuwe adulten effectief voorkomt. Toch blijft het monitoren van de interne populatie cruciaal. Daarom monitort Oudijk vanaf 2025 het hele bedrijf met in totaal acht PATS-C camera’s.​​​​​​
Dirk-Jan Oudijk legt uit: “De Turkse mot is een complexe en zeer schadelijke plaag. Zodra ze binnen zijn, is het enorm lastig om ze weer weg te krijgen. Het vraagt het hele seizoen door veel aandacht en vormt een flinke verstoring van de biologische bestrijding. Daarom moeten we nu nóg scherper zijn: weten of de plaag volledig verdwenen is en direct kunnen ingrijpen als er toch een nieuwe mot binnensluipt.”
​
De afgelopen jaren heeft het bedrijf ervaren hoe snel een Turkse mot-populatie kan escaleren. Dirk-Jan licht toe hoe de PATS-C data hierbij inzicht gaf: “Vorig jaar zagen we in het PATS-C dashboard hoe de generaties zich in snel toenemende golfbewegingen ontwikkelden. Niet lang daarna zagen we de gevolgen in het gewas. Dat was voor mij hét moment om volledig voor PATS-C te kiezen. Extra ogen en betere informatie zijn simpelweg onmisbaar.”

Photo 1: PATS-C installatie bij Oudijk Gerbera

​De volgende stap is dat het systeem zowel Dirk-Jan als Erik Mooij, de vaste gewasbeschermingsadviseur, direct waarschuwt wanneer de plaag wordt gedetecteerd. Bovendien zal PATS-C in de toekomst ook voorspellen wanneer de eerste rupsen te verwachten zijn. Met deze innovaties kunnen Dirk-Jan en Erik de Turkse mot nóg beter onder controle houden en proactief anticiperen op nieuwe bedreigingen.
Photo 2: Rups van Turkse mot

Redwing Limited: Monitoren. Ingrijpen. Evalueren.
Redwings slimme en duurzame aanpak van plaagbestrijding
Voortplanting
Bij Redwing Limited in Kenia is het telen van kwetsbare bloemen zoals lisianthus en geraniums voor de vermeerdering een uitdagend proces. Vooral als het gaat om het beheersen van nachtactieve plaaginsecten die continu op de loer liggen. Om die uitdaging aan te gaan, heeft het bedrijf PATS-C geïntegreerd in de dagelijkse gewasbeschermingsactiviteiten. Dit geavanceerde, geautomatiseerde systeem wordt lokaal ondersteund door Real IPM. Real IPM is onderdeel van de Biobest Group, een gerenommeerde distributeur van oplossingen voor biologische gewasbescherming, bestuiving en high-tech monitoring van plagen. Inmiddels is PATS-C zes maanden operationeel bij Redwing.

Simon Sayer, directeur van Redwing, deelt zijn ervaring:
“Het systeem is erg eenvoudig te installeren. De technologie om te volgen waar in de kas insecten actief zijn en op welk moment van de dag, is een enorme vooruitgang in de monitoring van plagen. En met de mogelijkheid om het directe effect van een ingreep te visualiseren én dit historisch bij te houden, kunnen wij kwekers veel gerichter chemie inzetten en met veel meer vertrouwen biologie toepassen.”
Photo 1: Installatie van het PATS-C monitoring systeem bij Redwing Limited, Kenia.
PATS-C werkt door continu de kas en het gewas te monitoren en plaaginsecten real-time te detecteren. Dit wordt vervolgens overzichtelijk gepresenteerd via een intuïtief dashboard. Hiermee kunnen kwekers de ontwikkeling van de plaagpopulatie kunnen volgen. Zo kan er een geïnformeerde en tijdige beslissing genomen worden om een interventie uit te voeren. De precisie van het systeem helpt niet alleen bij het op tijd ingrijpen, maar draagt ook bij aan het verminderen van chemisch gebruik, een belangrijke stap richting een duurzame teelt.
Op basis van de inzichten uit PATS-C biedt de introductie van PATS-Kalendar een aanvulling op het gereedschap van de kweker. Deze digitale kalender maakt het mogelijk om alle interventies tegen plagen nauwkeurig te registreren en direct te koppelen aan de waargenomen plaagdruk. Door interventies en hun effecten vast te leggen, kunnen kwekers de effectiviteit van hun strategieën evalueren, de

Photo 2: Zichtbaar effect na gewasbescherming: de mot activiteit daalde met 50% in de volgende generatie.
aanpak verfijnen en toekomstige acties met meer vertrouwen plannen. De synergie tussen realtime monitoring van PATS-C en de gestructureerde registratie via PATS-Kalendar stelt kwekers in staat om hun plaagbestrijding steeds meer om te vormen van reactief naar proactief.
​
De samenwerking tussen Redwing, PATS en Real IPM laat zien hoe nieuwe technologie bestaande processen kan versterken. Door slimme innovaties te koppelen aan bestaande werkwijzen, krijgen kwekers meer grip op hun gewasbescherming: nauwkeuriger, efficiënter en duurzamer. Met als resultaat gezonde gewassen en een toekomstbestendige teeltstrategie.
Nieuwe manieren om de vruchtbladroller (False Codling Moth) te monitoren bij Nini
Roos
Bij rozenteler Nini — onderdeel van Herburg in Naivasha, Kenia — wordt het PATS-C systeem ingezet om de vruchtbladroller (FCM) te monitoren. Twee kassen op het 60 hectare grote bedrijf zijn nu uitgerust met de automatische camera’s als onderdeel van een project om de vroege detectie te verbeteren.
“Voor ons telers was de mot nooit een groot probleem,” legt Philippe Veys van Nini uit.
“Er was nauwelijks zichtbare schade, waardoor het weinig aandacht kreeg totdat de EU haar regelgeving aanscherpte. Nu zijn de risico’s van onderschepping van zendingen en zelfs marktsluitingen aanzienlijk toegenomen... Dus het begrijpen en beheersen van de mot begint met goede monitoring.”

Foto: PATS-C met zicht op de rozen
Eerste resultaten
De eerste resultaten zijn veelbelovend.
“We zijn net begonnen, maar we zien nu al dat het werkt. Wat we zelf waarnemen in de kas, zien we terug in de data van het systeem. De volgende stap is bepalen of het systeem ook plaagdruktoenames kan voorspellen, zodat we nog eerder kunnen ingrijpen.”
.jpg)
Foto: Het team van Nini en PATS samen in de kas
Vooruitblik
Opschalen blijft de grote uitdaging, maar het potentieel is duidelijk.
“Als het werkt voor FCM, dan kan het misschien ook werken voor andere plagen of ziekten — met vaste camera’s of misschien zelfs drones. Dat moet nog blijken. Maar we zijn ervan overtuigd dat bepaalde toepassingen zeker zullen slagen.”
Wil je het volledige verhaal lezen over Nini’s traject met PATS-C? Lees het artikel
Philippe Veys

“Vroeger konden we alleen maar gokken met UV-lichtvallen. Nu kunnen we dankzij PATS-C de cycli van nieuwe generaties echt zien, ook ’s nachts monitoren en onze strategie met precisie aanpassen. Het is voor ons een enorme meerwaarde.”
“Biologisch telen kost meer moeite, maar ik hou van de uitdaging. Zolang de schade niet te groot wordt, helpt PATS ons de plaag onder controle te houden met een uitstekend monitoringsysteem.”
Zonder chemie rupsen de baas bij Jansen Paprika
Paprika
Marvin Koot, technisch specialist gewasbescherming bij Biobest Nederland, komt al jaren bij Jansen Paprika. Jansen Paprika, gevestigd in Andijk, teelt op maar liefst 25 hectare rode en gele paprika's. Het bedrijf is lid van Growers United en is Planet Proof gecertificeerd.
Samen met Ron Jansen, mede-eigenaar van Jansen Paprika, is Marvin de uitdaging aangegaan om in het seizoen van 2023 zo min mogelijk chemische gewasbescherming te gebruiken. En met succes. Mede dankzij het gebruik van het PATS-C systeem dat ingezet wordt in de strijd tegen de Turkse mot, een bekende plaag in paprika. De rupsen van deze mot kunnen in dit gewas snel en veel schade aanrichten. De PATS-C oplossing herkent en telt verschillende mottensoorten, en houdt de activiteit en plaagontwikkeling nauwkeurig bij. Op die manier kan er direct geanticipeerd worden op een aanstaande plaag.

Photo: Biobest is leverancier van Kwekerij Jansen Paprika

Photo: De rups van de Turkse Mot kan veel schade aanrichten in paprika
Ron was begin 2023 erg geïnteresseerd in de oplossingen van PATS, met name PATS-C. In de jaren daarvoor liep het bedrijf regelmatig in de problemen door de Turkse mot. Soms met flinke schades tot gevolg, veroorzaakt door de rupsen. Begin vorig seizoen heeft hij dit systeem opgehangen in een afdeling van 6 hectare. De ervaringen van Ron Jansen zijn erg positief: “Op deze locatie hebben we de rupsen volledig biologisch kunnen bestrijden.

Photo: Het PATS-C dashboard laat de vliegactiviteit van de Turkse mot zien
Dus met minder middelengebruik ten opzichte van afgelopen jaren én zonder noemenswaardige gewasschade.” Door het monitoringssysteem kon Ron gedurende het hele seizoen het juiste moment kiezen voor de inzet van Bt (Bacillus thuringiensis), een biologisch middel tegen rupsen. Aan de hand van de grafiek in het PATS-C dashboard zijn drie momenten te zien waarop de activiteit van de adulte motten toenam; half juni, half juli en half augustus. Op die momenten kwamen de adulte motten van buitenaf de kas in gevlogen. Vervolgens is vlak na deze geconstateerde aanwas van de plaag gekozen om een Bt-middel in te zetten. Door deze juiste timing kwamen de rupsen na de ei-fase direct in contact met het middel en konden zich niet ontwikkelen tot motten. De vraat in het gewas was daardoor minimaal. Daarnaast werden nieuwe generaties vroegtijdig de pas afgesneden.

Photo: PATS-C bij Jansen Paprika BV
Voor komend seizoen hebben Ron en Marvin wederom het doel om de rupsen zonder chemische bestrijdingsmiddelen de baas te blijven. Met behulp van het PATS-C systeem zal dat weer een appeltje-eitje zijn. En niet alleen de Turkse mot wordt in de gaten gehouden, ook andere mottensoorten ontgaan de 'ogen' van PATS-C niet. Bijvoorbeeld de Duponchelia mot, die bij hoge aantallen ook een probleem kan vormen in de paprikateelt.

Vink Sion: Slimmer monitoren en biologische bestrijding tegen de Turkse mot
Paprika
​Bij Vink Sion, een paprikateler in Friesland, levert een combinatie van biologische bestrijding en automatische monitoring veelbelovende resultaten op tegen een van de meest hardnekkige kasplagen: de Turkse mot (Chrysodeixis chalcites).
In samenwerking met retailprogramma’s zoals Bakker Barendrecht en Albert Heijn’s Beter voor Natuur & Boer, zet het bedrijf actief in op duurzame teelt met meer biodiversiteit en minder chemisch ingrijpen.
Om die aanpak te versterken, test Vink Sion een tweesporenstrategie: het uitzetten van Trichogramma-wespen tegen de eieren, én het inzetten van PATS-C om motactiviteit realtime te volgen. Zo kunnen ze eerder, gerichter en met meer vertrouwen ingrijpen.
Biologische bestrijding met databevestiging
De eerste stap in de strategie is het uitzetten van Trichogramma brassicae langs de teeltranden en bij verhoogde plaagdruk. Dit jaar werden in twee van de drie kassen preventief Trichogramma ingezet.

Foto: Jaap Vink met paprika’s
“Eerder hingen we vanglinten op en hoopten we op het beste,” zegt teeltman Albert van der Ziel. “Nu zetten we Trichogramma uit en laat het PATS-C systeem zien dat het werkt.”
In 2024 werd het verschil extra duidelijk. Op basis van PATS-C-data zag het team veel minder Turkse motten in de kassen waar Trichogramma was ingezet, vergeleken met de onbehandelde referentie.
“Die bevestiging via data is heel waardevol,” aldus Albert. “Je ziet dat je strategie werkt. Dat geeft vertrouwen.”

Foto: Cotesia als natuurlijke vijand van de Turkse mot in paprika​
Scouting en beslissingen in een nieuw licht
Dankzij de nachtelijke metingen van PATS-C hoeft het team niet meer alleen af te gaan op vanglinten of visuele waarneming overdag.
“We misten vroeger veel. Nu, als we geen activiteit in de data zien, weten we dat we daar niet intensief hoeven te scouten. Dat is nieuw voor ons, en heel prettig,” zegt Albert.
Ook andere soorten, zoals Duponchelia, worden nu door het systeem gesignaleerd, waardoor gerichter kan worden ingezet op geschikte biologische bestrijders.
“PATS-C maakt onderscheid tussen motsoorten op basis van grootte en profiel. Zo weten we beter welke biologische bestrijders we moeten inzetten.”
Van demo naar dagelijks gebruik
Vink Sion kwam voor het eerst in aanraking met PATS-C via een demo. Jaap Vink, eigenaar, had het systeem eerder gezien, maar teeltman Albert wilde het daadwerkelijk testen in de kas.
“In het begin wisten we niet precies wat we zagen,” zegt Albert. “Maar na één seizoen zagen we de waarde ervan in. Inmiddels vertrouwen we echt op het systeem.”
Het team is nu bezig met uitbreiding van het gebruik van zowel PATS-C als Trichogramma. Volgende stap: de data nog beter koppelen aan behandelmomenten en de aanpak opschalen naar andere afdelingen.
Duurzame vooruitgang, bevestigd door data
De Turkse mot blijft een lastige plaag. Maar bij Vink Sion blijkt dat automatische monitoring en biologische oplossingen elkaar kunnen versterken in plaats van bijten.
“We reageren niet meer achteraf. We zien dingen eerder, en we doen minder,” zegt Albert. “En als je dat ook nog eens terugziet in de cijfers, dan weet je: we zitten op het goede spoor.”

Foto: PATS-C in de kas van Vink Sion​
Albert van der Ziel, Teeltman
Vink Sion

Lees het volledige artikel over Vink Sion op Groentennieuws
Lees de Vink Sion testimonial in het Engels​
Het Westland
Paprika
Samenwerking Royal Brinkman, PATS en Agrobío:
Biologische rupsenbestrijding bij Kwekerij het Westland
Kwekerij het Westland start in januari 2024 met een grootschalige praktijkproef voor biologische bestrijding van rupsen in paprika. Turkse motten en Tuta absoluta zorgen voor flinke economische schade in de paprikateelt. Met het wegvallen van chemische middelen is het belangrijk om de mogelijkheden van biologische bestrijding optimaal te benutten. In de praktijkproef draait het om signalering met het PATS-C motten detectiesysteem in combinatie met het inzetten van de sluipwesp Trichogramma achaeae als biologische oplossing.

In de praktijkproef bij Kwekerij het Westland worden twee afdelingen met elkaar vergeleken. Eén afdeling waar signalering door PATS-C wordt gecombineerd met de inzet van TRICHOcontrol (de sluipwesp Trichogramma achaeae) en een tweede afdeling in combinatie met traditionele gewasbeschermingsmiddelen. Hoe sneller de eerste signalering is van de Turkse Mot én hoe beter de verdeling van TRICHOcontrol is, des te beter en sneller de rupsenbestrijding zal werken.
Digitale dataverzameling
Motten leggen eieren waaruit rupsen ontstaan, die blad- en vruchtschade veroorzaken. Met het wegvallen van chemische middelen is het belangrijk om motten eerder te signaleren. Dit kan met het PATS-C automatische detectiesysteem. Telers hebben motten eerder in beeld en kunnen sneller actie ondernemen, voordat de plaag uit de hand loopt. De techniek bestaat uit de eenvoudige montage van een PATS-C detectiesysteem aan de kaspoot. De detectie vindt ’s nachts plaats, wanneer de motten (nachtvlinders) actief zijn en worden door de camera vastgelegd. Door de koppeling aan een dataregistratietechniek krijgt de teler ’s morgens een overzicht van de aanwezigheid van motten en de ontwikkeling van de plaagdruk, middels duidelijke grafieken in zijn dashboard. Herkenning in een vroegtijdig stadium wordt hierdoor mogelijk, wat cruciaal is om bij de eerste plaagdruk direct in te kunnen grijpen. PATS-C is een automatisch systeem voor signalering van álle soorten motten, denk naast Turkse Mot en Tuta absoluta ook aan Duponchelia, Opogona (bananenmot) en bladrollers. Voordeel is dat de teler hiermee een sneller en efficiënter signaleringssysteem heeft in vergelijking met het gebruik van feromoonvallen of vanglampen. Gebruikers noemen als voordeel bovendien dat ze meer leren over het gedrag van motten (wanneer deze actief zijn) en wat het effect is van een gewasbeschermingsbehandeling op de populatie. Adviseurs kunnen ook op afstand de plaagdruk volgen.
Trichogramma
Een goede biologische oplossing voor rupsenbestrijding was er in het verleden niet. Met de sluipwesp Trichogramma achaeae was het lastig om tot een goede parasitering te komen van de eitjes van de motten. De nieuwe TRICHOcontrol van Agrobío is een productvariant waarvan de poppen zeer snel en gedoseerd uitkomen. Nu is dit 3-14 dagen, waar dit vroeger 10-14 dagen was. Er wordt een parasiterings percentage gerealiseerd van bijna 100%. In combinatie met PATS-C signalering van de allereerste mot en direct starten met Trichogramma zijn de verwachtingen voor deze proef hoog gespannen.

Kwekerij Het Westland in Naaldwijk heeft sinds mei 2023 ervaring opgedaan met PATS-C. Chris Bos: "Met PATS-C signaleerden wij heel goed de aanwezigheid van Turkse motten, terwijl ik op dat moment nog geen adulten in de vallen vond. Deze inzichten helpen mij nog sneller en adequater te reageren op plaagdruk. We hebben afgelopen seizoen al wat geëxperimenteerd met TRICHOcontrol en we hebben gezien dat Trichogramma ook in hoger opgaande gewassen als paprika goede parasitering geeft, maar bij aanvang was de plaagdruk al te hoog. Komend seizoen starten we daarom deze grotere praktijkproef vanaf aanvang van de nieuwe teelt."

“In plaats van achter de feiten aan te lopen, zit ik nu achter het stuur en kan ik zelf bijsturen.”
Breugem Horticulture
Dit is het tweede seizoen waarin Breugem Horticulture met het PATS-C systeem werkt. In 2024 besloot Sebastiaan Breugem deze oplossing voor het automatisch monitoren van de belangrijkste mottenplagen in tomaten op het gehele bedrijf te implementeren. Het doel? De gewasbeschermingsstrategie baseren op harde feiten.
Een van de plagen waarmee het team te maken heeft, is de Turkse mot. Deze plaag vormt een dubbel risico: naast schade aan het blad kunnen de rupsen ook direct tomaten aantasten, waardoor deze onverkoopbaar worden. Door het afnemen van beschikbare gewasbeschermings-middelen neemt het risico op plaag-excessen, en daarmee economische schade, toe. Dit maakt het des te belangrijker om preventief en doelgericht te handelen. Breugem Horticulture zet daarom steeds meer in op biologische middelen.
​
Voor een effectieve werking van deze middelen is het essentieel om de toepassing nauwkeurig te timen. Bacteriepreparaten zijn bijvoorbeeld zeer effectief tegen rupsen, maar alleen als de rupsen het middel in een vroeg stadium van hun levenscyclus binnen krijgen. Weten wanneer dit moment daar is, blijkt cruciaal voor het onder controle houden van de plaagpopulatie.

Photo 1: Schade van de Turkse mot rups
PATS-C bewijst zijn waarde
De plaagdruk in 2024 bleek gelukkig mee te vallen. De waarnemingen van Sebastiaan in het gewas werden bevestigd door de data uit het PATS-C dashboard. Dit gaf hem het vertrouwen dat het systeem betrouwbaar werkt. In 2025 wil Breugem Horticulture nóg proactiever aan de slag met de inzichten die PATS-C biedt. De informatie en waarschuwingen uit het systeem vormen voortaan de basis voor extra controles in het gewas, waarna de gewasbeschermingsstrategie hierop wordt afgestemd. In de nabije toekomst kijkt het bedrijf ernaar uit om ook de automatische voorspellingen van PATS-C te gebruiken, waarmee ze nog eerder kunnen inspelen op de ontwikkeling van plagen.
​
Een toekomstgericht familiebedrijf
Breugem Horticulture, gevestigd in Bleiswijk, is een vooruitstrevend familiebedrijf dat losse tomaten teelt op zes hectare. Het bedrijf onderscheidt zich door actief te investeren in nieuwe technologieën en duurzaamheid. Zo wordt binnenkort een collectief aardwarmteproject opgeleverd om de kassen te verwarmen, en onderzoeken ze de mogelijkheid om CO2 af te vangen en in te zetten in de teelt.
Zo dus ook de implementatie van digitale scouting. Naast het gebruik van PATS-C om grotere plaaginsecten zoals motten te monitoren, is het bedrijf in 2024 gestart met een scoutapp om andere plagen, zoals witte vlieg, te signaleren. Hierdoor kan de verantwoordelijke medewerker zijn werktijd effectiever inzetten: minder tijd gaat naar het verzamelen van data, en meer naar het analyseren en optimaliseren van de gewasbescherming. Deze aanpak stelt Breugem in staat om tijdige en beter onderbouwde beslissingen te nemen. Ook maakt het geautomatiseerde proces het eenvoudiger om arbeid te plannen en in te zetten waar dat nodig is.
​
Sebastiaan Breugem

Alvonto
Tomato
Met ruim 60 hectare tomatenteelt en drie locaties in Nederland, zoekt Alvonto continu naar manieren om slimmer en duurzamer te telen. Op de locatie in Dinteloord testte teeltspecialist Tobias Wieman de AI-tool PATS-Vinder om rupsen eerder en preciezer te bestrijden.
Het resultaat? Snellere ingrepen, minder middelengebruik en een gezonder teeltsysteem.

Photo: Tobias installing PATS-C in the greenhouse
Tobias Wieman, Crop Specialist
Alvonto
Lees het volledige verhaal in Onder Glas.

Hortipower
Tomaat
De Belgische pruimtomaten kwekerij Hortipower werkt voor het tweede seizoen met het PATS-C systeem. Op het bedrijf worden mottenplagen met 10 systemen automatisch gemeten. Het systeem draagt direct bij aan het IPM programma en maakt deze gebruiker alerter op plagen.
​
Astrid Sneyders, teelt manager bij Hortipower: “Dit seizoen zijn we in januari gestart met de teelt. Tegelijkertijd zijn we ook gestart met het monitoren van mottenplagen met PATS-C camera's. De eerdere waarneming van tomatenmineermot en Turkse mot is zeker nuttig. Het draagt bij aan ons IPM programma en, afgezien van de wekelijkse scouting die we reeds uitvoeren, maakt het systeem ons ook alerter. We weten nu op welke moment en waar we gerichter naar bijvoorbeeld de Tuta absoluta moeten zoeken, zodat we hotspots direct aan kunnen pakken.”

Rani Mertens, onderzoeker bij Proefcentrum Hoogstraten vult aan: "De tomatenmineermot komt oorspronkelijk uit Zuid-Amerika, maar is vandaag wijdverspreid aanwezig in tomatengewassen in Europa en andere continenten. Dit plaaginsect kan wel 4 tot 6 weken in het gewas aanwezig zijn voordat deze, bijvoorbeeld door gewasschade, opgemerkt wordt. Met PATS-C zijn we nu veel tijdiger op de hoogte van een eerste infestatie. Hierdoor kunnen we nu veel sneller ingrijpen, en de populatie in de vroege ontwikkeling bestrijden en stoppen, voordat het een plaag wordt."
“Dit betekent minder interventies, wat ons spuitrondes en bijbehorende kosten scheelt. Omdat PATS-C elke nacht de plaaginsect activiteit monitort, kunnen we ook het effect van elke interventie op de populatie volgen via het dagelijks bijgewerkte dashboard. Als teeltmanager is PATS-C van onschatbare waarde, omdat we nu minder tijd hoeven te besteden aan scouting en tijdig actie kunnen ondernemen tegen plaaginsecten.”, sluit Astrid af.​
Astrid Sneyders, Crop Manager
Hortipower (Tomeco)
​​Rani Mertens, Researcher
Research Centre Hoogstraten (PCH)
Vooruitkijken in de kas: Bosch Komkommers gaat vol voor PATS-C
Bosch Komkommers
Bij Bosch Komkommers in Berkel en Rodenrijs is Daan van den Bosch verantwoordelijk voor de gewasbescherming. In het voorjaar van 2024 besluit hij om iets nieuws te proberen: PATS-C, een geavanceerd camerasysteem dat nachtvlinders, in het bijzonder de Turkse mot, in de gaten houdt. Geen overbodige luxe, want deze mot kan in de komkommerteelt flinke schade aanrichten. Eerst is het alleen het blad dat wordt aangevreten, maar bij toenemende druk worden ook jonge vruchten aangetast, en dat betekent een onverkoopbaar product.
Daan is gewend om scherp te letten op tekenen van plaagdruk. Maar rupsen zie je pas als het eigenlijk al te laat is. Hij weet: bij de biologische aanpak draait alles om timing. Met middelen als Bt (Bacillus thuringiensis) en sluipwespen kun je effectief zijn, maar dan moet je precies weten wanneer de rupsjes uitkomen. Hoe jonger ze zijn, hoe beter de bestrijding werkt. Correcties achteraf zijn niet ideaal, die kunnen ook de nuttige biologie in de kas aantasten.
​
Vanaf het eerste moment dat PATS-C draait in tuin 1, merkt Daan het verschil. Terwijl hij zelf nog niets waarneemt, signaleert het systeem al activiteit van Turkse motten. Wat hem echt overtuigt: met de data van de vliegactiviteit voorspelt hij samen met PATS tot op twee dagen nauwkeurig wanneer de eerste jonge rupsen tevoorschijn zullen komen. Die voorspelling blijkt te kloppen. Gewapend met die kennis kamt Daan gericht wat planten uit. En daar zitten ze: piepkleine rupsjes, precies op tijd gevonden. Meteen kan hij de juiste biologische middelen inzetten.
Gedurende het seizoen bouwt Daan vertrouwen op in de inzichten van PATS-C. Hij leert de data lezen, begrijpt de patronen en merkt dat hij veel gerichter kan handelen. De twee kassen, elk 2 hectare, blijken zich biologisch gezien heel anders te gedragen. Het zijn eigenlijk twee aparte ecosystemen, en dus is aparte monitoring essentieel. Daarom besluit Daan om vroeg in 2025 beide kassen permanent te voorzien van een PATS-C systeem.
“Het geeft rust,” zegt hij. “Ik weet nu veel eerder waar ik aan toe ben. En ik hoef minder op mijn gevoel te varen.”

Photo 1: Turkse mot rups succesvol bestreden met Bt-middel

Photo 2: Kleinste rupsen gevonden in het gewas na indicatie PATS-C
Elke avond en nacht monitort PATS-C de vliegactiviteit. Zodra de eerste motten gesignaleerd worden, begint voor Daan het aftellen: iets meer dan tien dagen later kunnen de eerste rupsen verschijnen. Dankzij deze voorspelbaarheid kan hij zijn gewasbescherming optimaliseren, preventiever werken en tegelijkertijd het biologische evenwicht bewaren.
Ondertussen werkt PATS verder aan een geautomatiseerd adviesmodel, zodat telers in de nabije toekomst nog eenvoudiger kunnen inspelen op de inzichten, en uiteindelijk minder hoeven te vertrouwen op ervaring of giswerk.
Een toekomst waarin precisie en duurzaamheid hand in hand gaan. Voor Daan is die al begonnen.

Photo 3: PATS-C in de kas van Bosch komkommers

“Het systeem herkent automatisch welke en hoeveel insecten zijn gevangen.
Dat bespaart ons ongeveer zes uur per week en geeft consistenter inzicht dan handmatig tellen.”
“Dit stelt ons in staat om eerder in te grijpen en vaker natuurlijke vijanden te kiezen,”
legt Harry uit. “Het draagt ook direct bij aan de vermindering van chemische middelen.”
Lans Group
Tomaat
Lans is een van de toonaangevende tomatenproducenten in Nederland en exploiteert zeven hightechlocaties met een totale teeltoppervlakte van 88 hectare. Sinds de oprichting in 1976 is Lans uitgegroeid tot een modern, innovatief familiebedrijf dat blijft investeren in nieuwe technologieën en duurzame teeltmethoden.
Om de gewasmonitoring te versterken, heeft Lans het PATS Trap-Eye-systeem geïntroduceerd, een geautomatiseerde, cameragestuurde oplossing voor het monitoren van vangplaten. Elke Trap-Eye-unit maakt meerdere keren per week foto’s van vangplaten, waarna AI-software plagen zoals wittevlieg, trips en motten analyseert en identificeert.
“Met dit systeem heb ik minder mensen nodig voor het scouten. Het bevalt goed, en we gaan dit in het hele bedrijf inzetten.” – Vincent van der Lans, tomatenteler
Door het scoutingsproces te digitaliseren vermindert Lans de afhankelijkheid van handmatig werk en verkrijgt het gestandaardiseerde, betrouwbare gegevens voor plaagbestrijding.

Foto: Trap-Eye wordt gescand via de Vinder-app
Minder arbeid, meer consistentie
Traditioneel scouten vereist een groot team dat vangplaten controleert en de resultaten handmatig noteert. Met Trap-Eye bespaart Lans aanzienlijk veel tijd en verbetert tegelijkertijd de dataconsistentie.
“De camera fotografeert de vangplaten, dat kan één of drie keer per week. Voor ons is één keer voldoende. Maar als je een locatie hebt met veel insectendruk, kun je het systeem ook instellen op drie momenten per week. Op deze manier hebben we minder handmatig werk over.” Deze flexibiliteit stelt Lans in staat om monitoring op te schalen in alle kassen en de frequentie aan te passen afhankelijk van de plaagdruk.

Foto: Trap-Eye-dozen in de kas
Betere data, sneller inzicht
Door het standaardiseren van tellingen levert Trap-Eye betrouwbaardere informatie dan handmatig scouten. Dit maakt eerdere interventies en betere biologische bestrijding mogelijk.
“Dankzij deze standaardisatie hoef je niet langer te twijfelen aan de verzamelde data. Wij geloven dat het betrouwbaarder is. Ook al is het systeem nog in ontwikkeling, het is nu al betrouwbaar.”
Het systeem geeft Lans bovendien een duidelijker beeld van plaagtrends, met name voor wittevlieg en motten, waardoor sneller en gerichter kan worden ingegrepen.
Conclusie
Met de implementatie van het PATS Trap-Eye-systeem laat Lans zien hoe automatisering en AI het scoutingswerk kunnen verminderen, de databetrouwbaarheid kunnen verbeteren en de biologische bestrijding kunnen ondersteunen. Als een van de grootste tomatenproducenten van Nederland effent Lans de weg voor slimmere en duurzamere tuinbouw.
Wil je het volledige verhaal lezen over de reis van Lans met Trap-Eye? Lees dan het artikel in Onder Glas
Vincent van der Lans
Directeur Teelt & Energie

Rijk Zwaan
Groenteteelt
Rijk Zwaan is een wereldwijd erkende speler in de groenteveredeling en zaadproductie, actief in meer dan 100 landen, met een portfolio van meer dan 30 blad- en vruchtgewassen. Duurzaamheid is een integraal onderdeel van hun missie, niet alleen door het veredelen van ziekteresistente en langer houdbare rassen, maar ook via initiatieven die aansluiten bij de VN-duurzame ontwikkelingsdoelen, waaronder het verminderen van de afhankelijkheid van gewasbeschermingsmiddelen.
​
Om arbeid te verminderen en de nauwkeurigheid te vergroten, installeerde het team Trap-Eye op hun veredelingslocatie in Fijnaart, een geautomatiseerd systeem waarbij elke vangplaat is uitgerust met een camera die meerdere keren per week beelden vastlegt.​​

Foto: Trap-Eye op de veredelingslocatie
Vroege detectie ondersteunt biologische bestrijding.
Om nog beter zicht te krijgen op vliegende insecten—vooral die actief zijn buiten werktijden—heeft Rijk Zwaan ook de PATS-C-oplossing geïmplementeerd. Dit op camera’s gebaseerde systeem detecteert en volgt de mottenactiviteit rond zonsopgang en zonsondergang, wanneer de plaagactiviteit het hoogst is maar vaak wordt gemist bij handmatige inspecties.
Groeiend vertrouwen leidt tot uitbreiding.
Na een succesvolle proef op de locatie in Fijnaart breidt Rijk Zwaan het gebruik van Trap-Eye nu uit naar een nieuwe kas die momenteel in aanbouw is.
De visie van het bedrijf is duidelijk: datagedreven technologie inzetten ter ondersteuning van biologische bestrijdingsstrategieën en bijdragen aan een duurzamere toekomst voor de tuinbouw.
Harry Suijkerbuijk
Agronoom
​

Center for Horticultural Innovation (SEF)
Onderzoek & Innovatie
Het Center for Horticultural Innovation, een divisie van South Essex Fabricating (SEF), is een geavanceerd onderzoekscentrum dat zich richt op de studie en ontwikkeling van tuinbouwpraktijken, technologieën en innovaties. Gevestigd in Leamington, Ontario, brengt het centrum expertise samen uit genetica, plantwetenschap, data science/AI, voeding en proefteelten. De missie is om vooruitgang te stimuleren in de tuinbouwwetenschappen, de productiviteit van gewassen te verbeteren, duurzaamheid te versterken en de glastuinbouwsector te ondersteunen met toekomstgerichte oplossingen.
Onlangs heeft SEF het PATS Trap-Eye-systeem ingevoerd, een geautomatiseerde oplossing voor het monitoren van plakvallen die de manier waarop telers insectenpopulaties volgen, volledig vernieuwt. Het systeem maakt hoge-resolutiebeelden van plakvallen, herkent en telt automatisch de insecten, en levert realtime rapportages aan telers.
“Door plaaghaarden nauwkeurig te lokaliseren, maakt het systeem efficiëntere, gestandaardiseerde monitoring mogelijk, waardoor tijd en arbeid worden bespaard en waardevolle inzichten in trends van insectenpopulaties worden verkregen.”
Efficiëntie vergroten met automatisering
Traditionele monitoring met plakvallen kost veel tijd en arbeid, en de resultaten verschillen vaak per persoon. Met Trap-Eye heeft SEF een gestandaardiseerde aanpak kunnen introduceren die niet alleen de nauwkeurigheid verbetert, maar ook waardevolle tijd vrijmaakt voor telers om zich op andere taken te richten.
“Dit geautomatiseerde systeem maakt hoge-resolutiebeelden van plakvallen om plagen te identificeren en te tellen, en levert realtime rapporten rechtstreeks aan onze telers.”

Foto: Plaagactiviteit in oktober gevisualiseerd: het Trap-Eye-dashboard volgt bios en wittevliegentellingen per dag.
Telers ondersteunen met realtime inzichten
Door de implementatie van Trap-Eye helpt SEF telers sneller dan ooit toegang te krijgen tot cruciale informatie over plaagdruk. De geautomatiseerde detectie van hotspots stelt telers in staat snel in te grijpen bij uitbraken en trends in insectenpopulaties door de tijd heen te volgen.
Het systeem heeft al waardevolle rapporten opgeleverd, zoals de tellingen van oktober voor zowel totaal aantal bios als wittevliegen, waarmee SEF en zijn partners bruikbare inzichten krijgen om duurzame gewasbescherming te ondersteunen.

“Met één camera hebben we een goed inzicht in de ontwikkeling van de mottenpopulatie in onze twee hectare grote kas.”
“Met PATS-C kunnen we veel eerder beslissingen nemen over interventies, waardoor er minder plagen uitbreken.”
“We weten nu dat we met BT-toepassingen het ongedierte langer kunnen bestrijden, waardoor we minder insecticiden gebruiken.”
Ammerlaan TGI
Potplanten
‘Met PATS-C systeem beter inzicht in insectenpopulaties’
Ammerlaan The Green Innovator in Pijnacker is in maart 2021 gestart met twee PATS-C systemen in twee kassen. De monitoring van insecten is zo goed bevallen, dat er in juni in de twee andere afdelingen ook systemen zijn geplaatst.
​
Bij de handelskwekerij, gespecialiseerd in tropische groene planten, zijn in de teelt op 6,5 hectare zowel nuttige als schadelijke insecten aanwezig. Eventuele schade is vaak lastig te zien, omdat deze zich in iedere plantensoort in een andere hoedanigheid voor kan doen. Het kan dus even duren voordat een ongewenst insect opgemerkt wordt. Insecten dienen goed gemonitord te worden voor een goed functionerend IPM-programma. Het insecten scouten gebeurde eerder alleen met tientallen vangplaten en vanglampen, die iedere week worden gecontroleerd en geteld. Teeltmanager Jan van der Arend vergelijkt deze tellingen tegenwoordig met de data van PATS-C.

Nu al voorbereiden op toekomst
“Stagiaire Bas Krens, die de opleiding HBO Tuinbouw Management volgde, kwam tijdens een stage-opdracht met het voorstel om met PATS-C de insectenpopulaties te monitoren”, zegt de teeltmanager. “We vonden dat een interessant idee om te kijken of het werkt. Vooral omdat er in de tuinbouw steeds minder gewasbeschermingsmiddelen mogen worden toegepast en we als sector in 2030 het gebruik van pesticiden moeten halveren. We moeten dan ook niet wachten, maar ons voorbereiden op de toekomst.”
Reduceren gewasbeschermingsmiddelen
PATS-C geeft inzicht in vliegbewegingen van verscheidene insecten en ook wanneer ze gaan vliegen. Bepaalde insectensoorten vliegen niet voor zonsondergang, maar pas na zonsondergang of na middernacht als het donker is. Van der Arend: “Onze insteek is om de beheersing van plagen vooral met strikte hygiënemaatregelen uit te voeren, met name door het scouten en afvoeren van zwakkere planten. En hoewel we dit jaar meer inzetten op biologisch, zal het nog een flink karwei worden om af en toe chemisch te corrigeren. Dat zal met vallen en opstaan gepaard gaan."

Datagebruik voor bestrijdingsplan
De data van PATS-C worden door meerdere mensen in het bedrijf en de gewasbescherming adviseur bekeken. “Binnen het bedrijf gebruiken we in het overleg met de teelt mensen de data voor een goede timing en juiste plan van aanpak voor de plaagbestrijding en de adviezen die we daarover krijgen. Wij hebben besloten om het PATS-C systeem in al onze afdelingen toe te passen om de gehele kwekerij in beeld te hebben. Omdat wij zien dat het werkt, was dat voor ons de reden om in juni te gaan uitbreiden”, aldus de teeltmanager.
De verdere doorontwikkeling die PATS met de systemen, zowel hardware- als softwarematig doet aan de hand van wat ze in de praktijk waarnemen, vindt de teeltmanager buitengewoon positief.
Jan van der Arend - Teelt Manager
Ammerlaan The Green Innovator
​
LKP Plants
Sierteelt
LKP Plants in Moerkapelle is met 8 hectare één van de grootste en modernste Bromelia-kwekerijen in Nederland. Het bedrijf zet volledig in op automatisering en digitalisering, en heeft de afgelopen jaren fors geïnvesteerd in automatische teeltsystemen.
Daarnaast ondergaat het bedrijf grote renovaties om de kassen verder te verduurzamen. Deze verduurzaming sluit ook aan bij hun langdurige volledig biologische teelt. Alleen natuurlijke vijanden worden ingezet tegen diverse plaaginsecten, waaronder lastige motten en rupsen die veel schade kunnen aanrichten.
​
Eind 2021 begon LKP met het gebruik van het PATS-C systeem in één van hun kassen. Met dit systeem hebben Marco Koolhaas, mede-eigenaar, en Bas Krens, teeltspecialist, de monitoring van mottenplagen geautomatiseerd en gedigitaliseerd. Bas:

Foto: PATS-C met uitzicht over jonge Bromelia’s
"Ik loop dagelijks door het gewas en zie snel of er afwijkingen zijn. Maar voor de populatieontwikkeling van motten vertrouw ik nu volledig op het PATS-C systeem. We zijn ook gestopt met het inspecteren van de insectenlampen, die door ons teeltsysteem sowieso lastig te controleren waren."
Geautomatiseerde plaagmonitoring
Op het gebied van plaagmonitoring zet LKP dus volledig in op automatisering. Bas en Marco zijn zeer tevreden over het PATS-C systeem en hebben laten zien dat de overstap naar een volledig biologische aanpak met natuurlijke vijanden zijn vruchten afwerpt. Dit is een strategie die ze zullen blijven volgen nu het aantal beschikbare middelen steeds beperkter wordt. PATS-C is bovendien een waardevolle aanvulling op de reguliere gewascontroles.
De biologische strategie van LKP bestaat uit een standaard “aaltjesrecept” waarin intensief gebruik wordt gemaakt van twee varianten aaltjes tegen trips en motten. Deze aaltjes worden op alle LKP-locaties ingezet en zijn zeer effectief in het terugdringen van de plagen. Chemische correctie wordt alleen in uitzonderlijke gevallen toegepast. In 2022 was dit slechts één keer nodig om de plaagdruk te minimaliseren. Daarna wist LKP de plaag volledig onder controle te houden met de aaltjes.
​
​
​
Grafiek: Plaagontwikkeling van motten bij LKP Plants gemeten met PATS-C
​
De succesvolle biologische aanpak die LKP al jaren toepast, wordt ook weerspiegeld in de data van de digitale plaagmonitoring. Hoewel er in 2022 gedurende het jaar aanzienlijke plaagdruk werd gemeten, is de populatie tijdens de winterperiode succesvol teruggedrongen. Daardoor ziet de uitgangssituatie in maart van dit jaar (2023) er zeer positief uit. De druk is zelfs 6 keer (!) lager dan de druk van de motten in maart vorig jaar. Voor dit seizoen wordt daarom een veel tragere en mildere plaagontwikkeling verwacht.
​
Na de aanstaande renovatie van één van de kassen zal LKP de automatische plaagmonitoring deze zomer ook uitbreiden naar de andere kassen. Daarnaast is het bedrijf geïnteresseerd in de oplossingen van PATS die plaagbestrijding verder automatiseren ter ondersteuning van de biologische aanpak.

Marco Koolhaas - Mede-eigenaar
LKP Plants, Bromelia specialist​
Stofbergen Plants
Sierteelt
Bij Stofbergen Plants in Bergschenhoek worden 4,5 hectare bromelia’s geteeld met een sterke focus op duurzaamheid. Voor Robert van Velzen, verantwoordelijk voor gewasbescherming, was één plaag een blijvend obstakel: de bananenmot (Opogona sacchari). De larven leven diep in de plant en veroorzaken schade ruim voordat deze zichtbaar wordt.
​
“Voorheen hadden we nauwelijks zicht op de plaagdruk, vooral bij gevoelige soorten,” zegt Robert. “Dan komt de schade hard binnen.”
Van versnipperd beeld naar realtime inzicht
Toen chemische middelen verdwenen, stapte Stofbergen over op feromoonvallen. Maar die gaven onvoldoende informatie.
​
“De motten zijn vooral ’s nachts actief, en door ons belichtingsschema zagen we ze nauwelijks,” aldus Robert.
Sinds eind 2023 gebruikt het bedrijf PATS-C, een automatisch camerasysteem dat 24/7 mottenactiviteit meet.
​
“We gebruiken het nu anderhalf jaar en de resultaten zijn uitstekend. We zien precies wanneer de druk oploopt en kunnen gericht ingrijpen.”

Foto: PATS-C omringd door bromelia’s
Beter timen met biologie
​De belangrijkste maatregel tegen Opogona is het inzetten van aaltjes, een biologische oplossing die alleen werkt als het perfect getimed wordt.
“Dankzij PATS-C weten we nu precies wanneer we moeten doseren,” legt Robert uit. “Dat betekent minder schade, lagere kosten en geen vervelende verrassingen.” Ruimtebehandelingen die ook de biologie aantasten zijn niet langer nodig. Het team grijpt alleen in wanneer en waar dat echt nodig is.
“We gebruiken aaltjes op het juiste moment. Dat maakt een wereld van verschil.”
Technologie en biologie versterken elkaar
PATS-C biedt dagelijks inzicht in de plaagdruk en helpt Stofbergen bij een meer doelgerichte strategie.
“Dankzij continue monitoring kunnen we beter anticiperen en preciezer ingrijpen,” zegt Robert.
“Het stelt ons in staat om Opogona succesvol te beheersen, met behoud van de teelt en minder middelen.”
Sinds de invoering is de gemiddelde druk met minimaal 95 procent gedaald. De plaag is nog niet verdwenen, maar wordt goed onder controle gehouden. Het team blijft alert en grijpt snel in bij veranderingen.

Slimmer telen met betere resultaten
Bij Stofbergen Plants komt succes voort uit de combinatie van technologie en biologie. Dankzij realtime data en slimme timing is het bedrijf beter uitgerust voor duurzame, effectieve plaagbestrijding.
Robert van Velzen – Gewasbeschermingsspecialist
Wil je het volledige verhaal lezen over Nini’s traject met PATS? Lees het artikel in Bloemen -en plantenniews
Foto: Robert in de kas van Stofbergen
Twee dagen na Kerst waarschuwden we deze tomatenteler voor een toename van de activiteit van de tomatenmineermot. De volgende dag vonden ze niets, maar een week later ontdekten ze een rupsenplaag – op een plek waar ze die niet hadden verwacht.
Onze contactpersoon schreef: “We hebben besloten om direct tegen deze plaag op te treden. Jullie waarschuwing was dus zeker terecht, bedankt!”
“De monitoring van de tomatenrups in gerbera's moet minstens één keer per week worden uitgevoerd. Op die manier kan tijdig actie worden ondernomen in geval van (eerste) plaagdruk. Het PATS-C-systeem kan dergelijke motten eerder en vaker detecteren dan conventionele feromoonvallen en UV-lichtvallen.”
“Zodra we dit jaar de eerste tomatenrups zagen met behulp van de gegevens van het PATS-C-systeem, hebben we een vergadering belegd met onze gewasbeschermingsadviseur om onze verdediging te plannen. Dankzij de monitoring konden we drie weken eerder beginnen, omdat we duidelijk konden voorspellen wanneer de rupsfase zou beginnen.”
Vertify & PATS: Het volgen van de koolmot in open veld
Extern project
De koolmot (Plutella xylostella) is één van de meest schadelijke plaaginsecten ter wereld. Elk jaar veroorzaakt hij wereldwijd meer dan €4 miljard aan oogstverliezen, met name in kool en aanverwante gewassen. Om het nog lastiger te maken, heeft de mot resistentie opgebouwd tegen gangbare biologische middelen zoals Bacillus thuringiensis (Bt), waardoor telers steeds minder effectieve bestrijdingsopties overhouden.
In 2023 bundelden Vertify en PATS hun krachten om deze uitdaging aan te pakken. Door Vertify’s expertise in motsoorten te combineren met PATS’ ervaring in geautomatiseerde insectenmonitoring, gingen we aan de slag om het PATS-C systeem — bewezen in kassen — aan te passen voor gebruik in de buitenteelt.
Hoe werkt PATS-C?
Elke nacht detecteert, classificeert en telt de PATS-C camera automatisch de motten die voorbijvliegen. Deze gegevens worden de volgende ochtend inzichtelijk weergegeven in een intuïtief dashboard, zodat telers direct een beeld krijgen van de plaagdruk.​

Foto: Rups van de koolmot met bladbeschadiging

Traditioneel werden motten gevolgd met feromoonvallen die wekelijks handmatig moesten worden geteld. PATS-C verandert dit volledig door dagelijks data te leveren die meteen beschikbaar is, wat tijdige en gerichtere ingrepen mogelijk maakt.
Eerste veldproeven
Midden 2023 werd het eerste PATS-C systeem geïnstalleerd in een koolveld bij Vertify. Het doel: bewijzen dat de koolmot buitenshuis net zo betrouwbaar gemonitord kan worden als in kassen.
Foto: De eerste PATS-C in het veld
De resultaten waren zeer bemoedigend. De dagelijkse tellingen van PATS-C sloten nauw aan bij de trends van de feromoonvallen — met een voorsprong tot wel een week. Terwijl feromoonvallen pas na handmatige inspectie resultaten opleveren, geeft PATS-C de gegevens al de volgende ochtend. Deze vroege waarschuwing kan doorslaggevend zijn om plaagpopulaties onder controle te houden.
Aangemoedigd door de succesvolle halfseizoensproef werd het project verlengd voor een volledig seizoen in 2024.
Waarom dit belangrijk is voor telers
Het volgen van de koolmot met PATS-C biedt twee belangrijke voordelen:
​
-
Dagelijkse inzichten – in plaats van wekelijkse momentopnames, waardoor sneller en preciezer kan worden ingegrepen. Dit is vooral waardevol bij biologische oplossingen die snel werken maar kort actief zijn.
-
Geen handmatige scouting – eenmaal ingesteld werkt het systeem volledig automatisch. Dit opent de deur naar netwerken van meetpunten over hele regio’s, zodat elk veld kan profiteren van een eigen datagestuurde beschermingsstrategie.

Grafiek: PATS-C tellingen (blauw) vergeleken met Vertify tellingen (rood), gecombineerd met temperatuur (geel) en neerslag (groen). De trend die door PATS-C wordt waargenomen komt overeen met de trend van de val-tellingen. Daarnaast is in week 27 te zien dat een daling van de temperatuur en een toename van de neerslag leiden tot minder mottenactiviteit.
Vooruitblik
Met deze proeven hebben Vertify en PATS bewezen dat PATS-C ook buiten de kas succesvol kan worden ingezet. Het vermogen om één van de duurste plagen ter wereld nauwkeurig, automatisch en snel te monitoren, is een doorbraak voor duurzame koolteelt — én een veelbelovende stap richting uitbreiding van precisieplaagbeheer naar andere gewassen in de buitenteelt.


.png)







